Ik ben twee weken geleden vijfentwintig jaar geworden en ik kan gerust zeggen dat ik in de mooiste tijd van de twintigste eeuw ben opgegroeid. De jaren 80 waren het bolwerk van videogames en toys zoals die nu niet meer gemaakt worden. Ik heb zelfs medelijden met de kids van nu, die het moeten doen met een Lego doosje dat bestaat uit drie blokjes, maar vooral te lijden hebben onder het gebrek aan fatsoenlijke tekenfilms. Waar jongeren nu enthousiast worden van zeer middelmatige series als Dragonball (wat ook al in mijn jeugd bestond overigens, maar niet in Nederland) en Pokémon, zaten mijn broer en ik ’s ochtends vroeg gekluisterd naar DJ The Cat te kijken naar Sky Channel’s Fun Factory. Cartoons als de Transformers, MASK, He-Man, Starcom, Thundercats, Zoids, Jayce and the Wheeled Warriors en G.I. Joe, om er maar een paar te noemen. Tel daarbij op het geweldige speelgoed van LEGO en Star Wars en je hoefde je als kind nooit te vervelen. Naast deze legendarische cartoons hadden we ook nog eens beschikking over series als de A-Team, Airwolf, Knightrider, Dukes of Hazard en Happy Days. Natuurlijk zien we deze series nog wel eens voorbij komen, maar het is steeds zeldzamer en op de meest belachelijke tijden. Welk kind van tien kan er nu midden in de nacht de General Lee over drie politiewagens zien springen?

De reden dat Japanse anime nu wel aanslaat in Nederland is omdat er gewoon geen goede tekenfilms van Westerse makelij meer zijn. Het speelgoed van deze series wordt tot op de bodem uitgekauwd en jongeren spelen niet meer met kwaliteit speelgoed, maar met kaarten. Die gooien ze dan naar de muur en dan schijn je ergens mee te kunnen winnen. Zeg maar het knikkeren van de twintigste eeuw, ik heb er diep medelijden mee. Het allerbelangrijkste aan mijn jeugd is dat er destijds alleen computers waren om op te tekstverwerken, internet hadden we nog nooit van gehoord gelukkig. Als ik nu op straat loop zie ik lege pleintjes troosteloos verwaarlozen. Er is meer dan genoeg vertier voor kinderen in de grote steden, ze doen er zelf niets meer mee. Kinderen zitten alleen maar binnen met hun hoofd in hun beeldscherm. Wij zaten vroeger ook met een fles cola voor de buis, maar wisten altijd nog een enigszins gezonde mix te vinden van buiten en binnen spelen en tv kijken.
De jaren 80 was ook een tijdperk waar videogames en arcade nog nauw met elkaar verbonden waren. Elke dag keek je in de winkel of de nieuwe CVG of EGM al was aangekomen en hoopte je bij iedere console conversie van arcade games dat deze net zo goed zou zijn als in de hal. De arcadehal op Scheveningen, de rij guldens op het beeldscherm van Super Street Fighter 2 en vooral niet de achterlijke herrie van gokmachines op de achtergrond. Hele rijen met flipperkasten, altijd de nieuwste cabinets en maandenlang uitkijken naar die nieuwe game. In plaats van de codes op internet opzoeken gewoon zelf alles uitspelen en met de magazine op schoot alle moves van Sub Zero nog eens dunnetjes overdoen. Ik voel mij vereerd dat ik deze tijd heb mogen meemaken, een tijd waar inderdaad alles beter was. En of dat nu kwam omdat je als kind geen zorgen had of niet, laat ik dan maar graag in het midden.